De beroemde Mathiaskerk op de burchtheuvel is nu helemaal
van binnen en buiten gerestaureerd. Niet alleen ziet hij er daardoor weer
prachtig uit, er is ook van binnen meer te zien dan de laatste jaren het geval
was. En het blijft natuurlijk een fascinerende kerk omdat hij helemaal niet is
wat hij lijkt te zijn.
Maar laat ik beginnen met wat hij wel is: mooi en opvallend.
Maar laat ik beginnen met wat hij wel is: mooi en opvallend.
Mooi, door het prachtige tegeldak van Zsolnay porselein en door de vele versieringen met beelden, bogen en krullen, torentjes en raven (het symbool van koning Matthias Corvinus=raaf). Opvallend, door het bont beschilderde interieur waar elk stukje muur bedekt lijkt met kleurige patronen, symbolen en beeltenissen. Op een of andere manier denk je bij “een mooie kerk” toch al gauw aan strakke muren van marmer met hier en daar een schildering, veel bladgoud en reeksen statige zuilen die naar de hemel reiken. Maar heel veel kerken in de Middeleeuwen waren eerder zoals deze Mathiaskerk, niet ontworpen om te imponeren maar veel volkser.
Nu de renovatie geheel voltooid is, is er weer van alles te zien in het schip van de kerk. Let ook op de bijzondere glas-in-loodramen in de voorgevel. Het grote zogenaamde Rozetraam in het midden heeft een prachtige geometrische vorm en een kleiner raam ernaast met een beeltenis van het Lam Gods is geplaatst in een soort kunstig gebeeldhouwde draaikolk waardoor het een bijzonder diepte-effect krijgt. Maar u kunt ook de trap op en over de galerij halverwege lopen, waar van alles te zien is en vanwaar u weer een andere blik krijgt op het schip en, vanuit de koningsloge, op het altaar.
Tegelijk is de kerk ook een heleboel niet.
Het is bijvoorbeeld niet de kerk waar koning Matthias is gekroond, hoewel dat wel vaak wordt gezegd. Er werd wel een dienst gehouden om zijn aanvaarding van het koningschap te vieren en ook zijn twee huwelijken werden hier ingezegend, maar de kroning zelf vond, zoals destijds gebruikelijk, plaats in de kroningsstad Székesfehérvár. De enige Hongaarse koning die er ooit gekroond is, was de allerlaatste, Charles IV von Habsburg in 1916.
De kerk is ook niet een eeuwenoud Hongaars nationaal symbool,
sterker nog, het was eigenlijk altijd vooral een “Duitse” kerk. Want toen
koning Béla IV na de verwoesting van Hongarije door de Tataren in 1231 de
burchtheuvel liet bebouwen, kwamen er vooral Duitse immigranten te wonen die
hier in 1258 hun gotische kerk bouwden. Het grondplan daarvan is nog steeds de
kern van de huidige kerk. Onder de Ottomanen was de kerk anderhalve eeuw lang de hoofdmoskee
van Boeda en daarna onder de Habsburgers was het weer een “Duitse” kerk want er
woonden op de burchtheuvel vooral Duitse burgers, kooplieden, winkeliers en
handwerkslui. Hij heette dan ook helemaal niet de Mathiaskerk maar de Onze
Lieve Vrouwe Kerk (officieel is dat nog steeds de naam).
Tenslotte is de kerk zoals hij nu is ook helemaal niet oud,
maar gebouwd tussen 1875 en 1896. De kerk die er daarvoor stond, was in de loop
der eeuwen vele malen verwoest, herbouwd, verbouwd en uitgebreid en het eindresultaat was een
lelijk allegaartje. Dus kreeg architect Frigyes Schulek de opdracht het
godshuis “terug brengen” in zijn gotische staat van weleer. Hij ging daarbij uit
van het oude grondplan, maar brak heel veel aanbouwsels en muren af en verving ook
verder bijna alles. Er kwamen een totaal nieuwe voorgevel, een nieuwe kleine
toren (links, met kleurige spits), een nieuwe torenspits op de bestaande toren,
neogotische zijgebouwen en kapellen, een nieuwe zijingang aan de zuidzijde, een
nieuwe crypte, allemaal nieuwe ramen, beelden, balkons en versierselen. Ook het
Zsolnay dak is nieuw, evenals alle schilderingen binnen, al zijn die wel “geïnspireerd op”
fragmenten van oud pleisterwerk die waren gevonden. De enige echte oude gotisch
elementen zijn grofweg de eerste drie verdiepingen van de grote toren. In feite
is de Mathiaskerk dus Schulek’s geromantiseerd visie van hoe de gotische kerk
er destijds uitgezien zou kunnen hebben.
Maar hij is er niet minder het bezoeken waard om.
No comments:
Post a Comment