De 54 meter lange Combino |
Als het om openbaar vervoer gaat, is Boedapest een soort levend openluchtmuseum. Er zijn vast andere steden te vinden waar je zoveel verschillende soorten vervoersmiddelen in gebruik vindt, maar het zal hard zoeken worden. Uiteraard zijn er bussen en trams (waaronder de langste stadstram ter wereld). Maar daarnaast heeft de stads trolleybussen, een van de oudste en een hypermoderne metro, een kabelbaan, een tandradbaan, een stoeltjeslift, een smalspoortreintje, En lijndiensten op de rivier. En elk van die vervoermiddelen vertelt ook een stukje van de geschiedenis van de stad.
Dat Hongarije op Londen na met metrolijn 1 de oudste metro van Europa heeft, komt omdat het land in 1896 zijn 1000-jarige bestaan wilde vieren. In het Városliget, het stadspark, werd ter gelegenheid daarvan een grote nationale tentoonstelling georganiseerd. De kortste weg daarheen was de fraaie Andrássy út (die toen overigens anders heette). Alleen: langs die straat woonden vooral hele rijke mensen die geen openbaar vervoer voor hun deur langs wilden. Stel je voor, al dat gewone volk in de straat. De oplossing: een geul graven en dat openbaar vervoer dan maar onder de grond stoppen.
Je kunt veel kwaads van Jozef Stalin zeggen, maar toen hij zeventig werd, was de man in een royale bui. Warschau eindigde dankzij zijn goedgevigheid met het Cultuurpaleis dat er een beetje uitziet alsof iemand de top van het Empire State Building in Warschau heeft afgezaagd. Budapest kreeg van de communistische dictator een trolleybus, reden waarom de meeste trolleybussen in de stad nog steeds een lijnnummer ergens in de zeventig hebben.
De funiculair, de kabelbaan (niet te verwarrend met de tandradbaan, een soort tram met extra tandrad die vanuit Buda helemaal de berg oprijdt) waarmee veel toeristen de burcht opgaan, werd voor de oorlog gebouwd en diende oorspronkelijk helemaal geen toeristisch doen. De toenmalige Hongaarse leider Miklós Horthy richtte de burcht in als regeringscentrum (net als de huidige premier Viktor Orbán, trouwens). Niet de meest toegankelijke plaats van de stad, maar de kabellift moest zorgen dat ambtenaren toch snel en goedkoop naar hun werk konden komen, Die tijden zijn voorbij, voor ambtenaren is de lift tegenwoordig te duur. Wie vier euro te duur vindt: er rijden ook zeer regelmatig kleine stadsbusjes de burcht op.
Toeristen zullen het zelden gewaar worden, maar er rijdt in Budapest een groot aantal types trams, van de moderne, 54 meter meter lange Combino's op de Grote Ring tot voertuigen die in de jaren zeventig gebouwd zijn door de Hongaarse firma Ganz. En van alles daartussen in: in buitenwijken rijden tweedehandstrams uit Hannover en Den Haag, in de tachtiger jaren werden Tsjechische Tatra's aangekocht en onlangs schafte de BKK nieuwe Spaanse trams aan. Aangezien het meeste materieel op de rails blijft tot het echt op is, zijn al die voertuigen nog wel ergens te bewonderen.
En dan is er natuurlijk nog het kindertreintje door de Budabergen. Ooit in 1947 gebouwd als een echt communistisch kinderproject: de trein werd (en wordt) grotendeels door kinderen gerund. Voorwaarde om erop te mogen rijden, is dat je het goed doet op school, want je moet er lessen voor verzuimen. In de communistische tijd was het voorrecht uitsluitend voorbehouden aan kinderen die lid van de communistische jeugdbeweging, de Pioniers.