Een reis aan het voorbereiden naar Boedapest of Hongarije? Zakelijke of verhuisplannen? Een schoolproject?
Als voormalige correspondenten en gidsen helpen we u graag om wijs te worden uit dit land met zijn bewogen geschiedenis, boeiende cultuur en uitzonderlijke taal, via lezingen in kleiner en groter gezelschap of praktische hulp bij de organisatie van reizen. Daarnaast zijn we beschikbaar als reisbegeleiders.

3 March 2014

Waterhoogte


“Wasserhöhe” (Waterhoogte) op 15 maart 1838, zegt het bordje op de muur van het Százéves Étterem (Restaurant 100 Jaar) in de Pesti Barnabás utca 2, tussen de Váci ut en de Donau. Een hand op de gedenksteen wijst op een streep om aan te geven hoe hoog het water kwam. Als ik op de straat voor het gebouw sta, zit die streep ter hoogte van mijn kin. Maar de ingang van het restaurant ligt ongeveer een meter lager en aangezien het water hier een hoogte van 242 cm bereikte, zou ik ruim koppie onder staan.

Verspreid over de binnenstad van Boedapest vind je tientallen van dit soort stenen die de overstroming van 15 maart 1838 herdenken, de grootste die Boeda en Pest ooit hebben gekend. Sommige van die gedenkstenen zijn in het Duits omdat dat destijds de voornaamste voertaal was, anderen in het Hongaars (Vízállás oftewel Waterstand). De meeste stenen zijn simpel van vorm: een hand, een pijl, een datum en soms de waterhoogte in centimeters.
 Maar in het oude centrum van Pest zit op een gebouw op de hoek van de Szerb utca, Király Pál utca en het Egyetem tér een grotere marmeren plaquette die duidelijk maakt hoe ongelofelijk omvangrijk die overstroming wel niet was. In Pest was de rivier tot ver voorbij de Grote Ring gekomen en stond er tussen de twee en drie meter ijskoud water in de straten en huizen. In feite was de stad vrijwel volledig verwoest. Ook in Boeda stonden alle lagere gedeeltes blank, maar omdat veel huizen daar hoger lagen, op de Burchtheuvel en de Rozenheuvel, bleef er ook veel gespaard. Al met al maakte de overstroming bijna 60-duizend mensen dakloos en waren 22-duizend mensen alles kwijt, terwijl er 153 doden te betreuren waren..
Het was bij lange na niet de eerste overstroming die de beide steden trof, maar door een samenloop van omstandigheden wel de grootste ooit. Het was een uitzonderlijk strenge en lange winter geweest zodat zich hoger op de Donau een enorme wal van ijsschotsen had gevormd waarachter zich een gigantisch stuwmeer had gevormd. Toen die wal het begin maart begaf, stortte een allesvernietigende vloedgolf van ijskoud water zich in de richting van de stad en bleek vooral Pest kwetsbaar, gebouwd als het was op een relatief laag gelegen eiland in de Donau (de huidige Grote Ring was ooit een zijtak van de rivier).
Na deze catastrofe overwogen de autoriteiten even om heel Pest te verplaatsen naar hoger gelegen terrein. Maar ze besloten uiteindelijk om het oude centrum in zijn geheel één tot anderhalve meter op te hogen en langs de rivier een systeem van dijken en kades te bouwen. Hetzelfde gebeurde in de Waterstad (Víziváros) van Boeda. Dat is in Boeda nog goed te zien op bijvoorbeeld het Batthyány plein, waar een rij oude barokke huizen aanzienlijk lager ligt dan de rest van de gebouwen, en in Pest bij het eerder genoemde restaurant of verderop in de Szerb utca (nummer 4) waar een oud Servisch orthodoxe kerkje staat dat de ramp wel overleefde. Dankzij al die maatregelen hebben overstromingen in het centrum van Boedapest tegenwoordig - er is er om de paar jaar wel één - geen hele grote gevolgen meer: de autowegen pal langs de rivier lopen onder, de tram ernaast wordt stilgelegd en de laatste keer (2013) dreigde een metrostation vol  te lopen.
Tenslotte: op het Ferenciek Plein zit op de muur van een kerk een mooie plaquette met een beeldengroep met boot. Die zit daar ter ere van Miklös Wesselényi, een hervormingsgezinde baron die de bewondering van de natie oogstte door zich persoonlijk vanaf de eerste dag in te zetten bij het redden van mensenlevens.

.


No comments: